Doorgeefverhaal Pt. 2

Ik boog voorover de bar en wierp een blik achter de toog. Hurkend op de grond zat de barman, met in de ene hand een leeg, smoezelig glas en in de andere een nattig bierviltje. Op zijn gezicht was een mengeling van puur afgrijzen en intense fascinatie te zien terwijl hij naar de vloer staarde.
Zijn ietwat dikkige kin trilde van de agitatie, kleine bevingen van een gespannen kaak. De mond stond als een dun, net genezen litteken in het gelaat. Ogen als een bang konijn die gefixeerd en vluchtig alles probeerden te zien maar juist door die angst alles leken te missen. Op het voorhoofd gleden druppels van perspiratie samen en vormden ziltige stromen die langzaam in zijn ogen beten. Lang dun haar was vochtig en snel achter zijn oren geveegd en het hing nu als zwartgrijze roet dampend in zijn nek. De nekspieren verdwenen te strak en bijna knarsend in zijn hoog opgeknoopte overhemd en rondom de oksels dropen zwarte, zure plekken langzaam verder naar beneden. Zijn gehurkte positie deed mij nog het meest denken aan een verwrongen stronk gekapt hout, nat van de avondmist.
Verbaasd en geschrokken viel ik half terug op mijn barkruk en alleen door mijn voet met een tintelende klap neer te zetten wist ik te voorkomen dat ik verder afgleed. De borstelige man naast mij ritselde gefrustreerd met zijn krant, wat het enige teken van erkenning leek te zijn dat de doffe dreun mij opleverde. Johny Cash zijn Folsom Prison was onopgemerkt vervangen door de zachte trompet van Chet Baker, maar verder was het café ogenschijnlijk hetzelfde gebleven. De dansende silhouetten waren vertraagd naar een slow dance en leken langzaam in elkaar over te vloeien terwijl de lange valse nagels van de meisjes nog steeds zachtjes tegen hun glas tikten. Ik probeerde de blik van de lezende man naast me te vangen en mompelde zachtjes een vragend geluid. De wenkbrauwen trokken schokkend naar elkaar toe en de man sloeg kordaat de bladzijde om. Afgewezen besloot ik twijfelend nog maar eens een blik achter de toog te werpen.
Langzaam, tergend langzaam, verhief ik mij. Tussen het glanzend koper van de tapkranen door kroop het gebogen gestel van de barman traag in mijn blikveld in. Flitsend oogwit en hij keek mij recht aan. De rauwe mond hapte naar adem en zijn blik schoot weer terug. Ik volgde de lijn die vanaf zijn gespannen ogen naar het midden van de verkleurde en bevlekte vloer liep. Het eindpunt leek in eerste instantie zulke intense concentratie niet waard te zijn.

 

Pauw Vos

Lees het volgende deel hier.
Read the next part here.

Lees het vorige deel hier.
Read the previous part here.

 

2 Comments

Leave a Reply

Fill in your details below or click an icon to log in:

WordPress.com Logo

You are commenting using your WordPress.com account. Log Out /  Change )

Facebook photo

You are commenting using your Facebook account. Log Out /  Change )

Connecting to %s