Gematigd opgetogen

Met een zwiep gooi ik de extra-warm-witte-cluster-kerstlampjes over de hoge houten balk die de boel bij elkaar moet houden op mijn zolderverdieping, en met een zwaai grijp ik mis wanneer het snoer karakterloos de vlucht naar de grond inzet. Super. De clusters kletteren – gaan ze weer – op de grijze laminaatvloer. Niet dat ik nou verwachtte genoeg geleerd te hebben sinds de eerste keer dat ze vielen om dit nu te voorkomen, maar – ach, weet ik veel wat ik dacht. Als ze kapotvallen is dat een teken van de tijd.

Ik pak de keukentrap en sleep het naar de andere kant van de kamer, ik loop terug voor de lampjes en pruts wat aan de bosgroene knoop die met de klap weer iets strakker is komen te zitten.

Gisteren ben ik er door de snert miezer op uitgegaan om bij de Kruidvat, het kruidvat[1], Kruidvat, nog wat te halen voor de sfeer. Rond deze tijd worden er hoge eisen gesteld aan sfeer en is het verkrijgen ervan vaak duur, maar Kruidvat is de uitgelezen plek voor een simulacrum van sfeer – voor minder. Prijzig waren deze lampjes inderdaad niet, maar shit wat zijn het er veel. Zoals de consument dat wenst.

Acht keer sjok ik op en neer met de trap om de lampjes van haakje aan de muur tot over de balk te spannen, zodat de ruimte hoogte verliest maar talloze twinkelingen rijker wordt. Door gewenning weet ik dat niets van vreugde tot stand kan komen zonder compromis. Is dat volwassenheid?

Extra warmwit zou ik ze niet geven, maar de ruimte kleurt een onbestemd roze dat de illusie van warmte geeft. Een soort televisie haardvuur, ofwel het volledige programma aanbod van SBS op kerstavond: saai, maar het is ten minste iets.

Tegenover de kerstboom die al stond met een slecht bedeelde hoeveelheid ballen (matig opgetogen is dit jaar het thema) doet de ruimte niet onder voor de aankleding van een sad kantoorfeest. Lijkt het toch nog net een beetje alsof ik de laatste kerstdrukte ‘op locatie’ mag door ploeteren.

Ik kruip weer achter mijn desktop en zie dat ik gebeld ben. Twintig minuten terug al. Kut. Gauw bel ik terug en verontschuldig me dat ik even was lunchen. Na twee jaar krijg ik nog altijd een shot zoomxiety wanneer die Microsoft ringtone me buitmaakt voor haar online imperium van dolende werkoverleggen.

1 dag nog, en dan mag ik Teams afsluiten voor de festiviteiten. Ik zie ernaar uit m’n familie te zien. Het mag geen naam hebben, natuurlijk, met drie mensen aan tafel, maar ik prijs me nog gelukkig. Gebogen tik ik mailtjes weg en loop ik de planning van de komende dagen stiekem door in m’n hoofd.

Gematigd opgetogen ben ik over de afstand die we zullen houden. Gematigd opgetogen ben ik over de attenties die ik online kocht en gematigd opgetogen ben ik over de veertien dagen die ik opnam voor een culturele inhaalslag om geïnspireerd het nieuwe jaar te starten. Ik speldde vanochtend een broche op, voor de sfeer. Ik ben maar matig opgetogen, maar goed, het is ten minste iets.

Ik hoop niet dat je dacht dat dit opbeurend zou zijn.

[1]  Eens in de zoveel tijd keer ik terug naar de klassieker: de of het kruidvat? Een korte, eigenlijk ongeïnteresseerde zoekopdracht geeft aan dat dit vaker wordt opgezocht. Ik vind niet direct uitsluitsel. Gelukkig brengt het wel een kerstelijke toets aan in het verhaal. Een stretch, maar voor de associatievelingen onder ons klieft het marketing rood van de drogisterij door bovenstaande alinea. En nu kleurt deze voetnoot ook rood. Kruidvat hanteert overigens zelf geen lidwoord.

Leave a Reply

Fill in your details below or click an icon to log in:

WordPress.com Logo

You are commenting using your WordPress.com account. Log Out /  Change )

Twitter picture

You are commenting using your Twitter account. Log Out /  Change )

Facebook photo

You are commenting using your Facebook account. Log Out /  Change )

Connecting to %s